03-11-2017

Even snel-snel de trein halen gaat niet

“Er is zoveel geluid op een station. De mensen, het lawaai van de treinen op de achtergrond. Je kunt je slecht focussen.” Noureddine Tamraoui (35) heeft kokervisus. Een ernstige visuele beperking. “Het is alsof je door twee closetrollen kijkt”, legt hij uit. “De rest is bijna volledig weggevallen. In de koker zelf zie ik ongeveer 8 tot 10 procent. Heel wazig.” Dat maakt het moeilijk voor Noureddine om zich te oriënteren, zeker op een druk en lawaaiig station.

Volgens spoorbeheerder Prorail zijn vanaf vandaag alle treinstations in Nederland toegankelijk voor blinden en slechtzienden. De grote stations waren dat al langer, nu zijn ook alle kleine stations aangepast. “Het wordt inderdaad steeds beter”, zegt Noureddine. “Maar op de minder grote stations heb je toch niet altijd een ribbelpad. Of het stopt midden in de hal, of loopt alleen maar tot de incheckpoortjes, daarna niet meer.”

Andere zintuigen

Om zich goed over het station te kunnen bewegen moet Noureddine al zijn andere zintuigen gebruiken. “Wanneer ik bijvoorbeeld weet dat er een Starbucks bij de uitgang zit, wil ik het liefst luisteren naar waar die zaak precies zit. Zodat ik daar het station uit kan. Maar door het rumoer is dat niet altijd te horen. Gelukkig kun je zo’n koffiezaak ook goed ruiken. Je gebruikt je andere zintuigen meer dan mensen die goed zien.”

Hulp vragen

Noureddine gaat voor zijn werk bijna dagelijks met de trein. “Het station is niet de makkelijkste plek voor me. Er is veel rumoer, mensen zijn altijd gehaast. Wanneer je het vraagt zijn mensen wel bereid te helpen, maar als ze snel hun trein moeten halen, is het antwoord vaak maar kort.”

Hij kon als kind goed zien, maar kreeg steeds meer last van kokervisus. “In het begin wil je het allemaal zelf doen, maar als je zelfstandig wilt blijven dan is het noodzakelijk om af en toe om hulp te vragen. Het persé zelf willen doen levert dan vooral frustratie op. Ik ga daar nu makkelijker mee om.”

Eigenwaarde

Door zijn werk reist hij vaak tijdens de spits. “Vervelend, want het is veel drukker. Je zit met je stok tegen andere mensen aan en ik heb minder overzicht. Maar het openbaar vervoer geeft me ook veel zelfstandigheid en eigenwaarde. Ik hoef niet altijd afhankelijk te zijn. En ja, soms moet je dan even iemand om de weg vragen. Dat is dan maar zo.”

Door goed te plannen en op tijd naar het station te gaan redt hij zich. “Tot je op het perron klaarstaat en er een perronwijziging wordt omgeroepen, dan mis ik geheid mijn trein. Even snel-snel mijn trein halen gaat niet.”